Wanneer en hoe kersenbomen correct te snoeien, en boomvormschema's voor een goede oogst

Kersen snoeien wordt om verschillende redenen gedaan, maar het is belangrijk om te weten hoe en wanneer je het correct moet doen. Vormgeving en verjonging kunnen het beste midden in de lente of vóór de vorst in de herfst worden gedaan. Hiervoor is speciaal gereedschap nodig. Volg de regels en aanbevelingen om schade aan de boom te voorkomen. Snoeitechnieken verschillen per kersenboomsoort. Het gesnoeide gebied wordt ontsmet en vervolgens rijk aan voedingsstoffen behandeld.

Soorten en kenmerken van kersensnoeisel

Het snoeien van kersenbomen moet worden uitgevoerd volgens de stappen die in het betreffende diagram worden beschreven. Alle diagrammen zijn gebaseerd op het inkorten en uitdunnen van de kroon, evenals het verwijderen van dode takken.

Snoeien houdt in dat slechts een deel van de scheuten die zijwaarts en omhoog groeien, wordt verwijderd. Snoeien versterkt de boom en stimuleert de groei van nieuwe scheuten.

Uitdunnen houdt in dat sommige takken volledig worden verwijderd. Deze procedure wordt uitgevoerd om de licht- en luchtdoorlatendheid in alle delen van de plant te verbeteren.

Verjongend

Kersenbomen groeien tot wel 14 jaar. De eerste verjongingssnoei vindt plaats in het zevende groeijaar. Alle takken worden geleidelijk gesnoeid, verspreid over twee jaar:

• Verwijder gedroogde, kromme takken.
• Alle wortelspruiten worden afgesneden.
• Bij boomachtige soorten snoeit u de hoofdscheuten terug tot aan de eerste tak. Knip vervolgens overtollige scheuten weg. De resterende scheuten worden ingekort tot 38 cm.
• Bij struikachtige soorten worden de sterke scheuten teruggesnoeid tot een sterke zijvertakking.
• Bij de viltkers wordt de overtollige zijgroei verwijderd en worden de scheuten vervolgens afgeknipt tot 58 cm.

Vormend

In het eerste seizoen na aanplant worden zes hoofdscheuten van de kersenboom geselecteerd, met een onderlinge afstand van 12 cm. De overige scheuten worden volledig gesnoeid. De middelste scheut wordt ingekort. Deze mag niet hoger zijn dan de overige scheuten.

Selecteer voor het volgende seizoen gezonde, sterke scheuten en snoei ze een kwart terug. Het beste is om alle overgebleven scheuten te verwijderen. De groei van vorig jaar wordt ingekort tot 28 cm.

Selecteer opnieuw vier sterke scheuten en kort deze een kwart in. Verwijder de resterende zijscheuten. Alle naar binnen groeiende scheuten moeten volledig worden gesnoeid. Skeletscheuten worden ingekort tot 62 cm.

In het vierde jaar zou er een kroon gevormd moeten zijn, bestaande uit een centrale scheut en 9 skeletscheuten.

Sanitair

Deze vorm van snoei wordt jaarlijks of om de twee jaar uitgevoerd. De procedure omvat de volgende stappen:

• takken die naar binnen groeien afsnijden;
• verdun de gebieden waar de takken dicht op elkaar groeien;
• De scheuten worden met meer dan de helft ingekort om de groei van jonge takken te stimuleren.

Hoe laat moet de ingreep plaatsvinden?

Deskundigen raden aan om deze procedure uit te stellen tot de lente of herfst, wanneer de sapstroom is vertraagd. Het uitdunnen van overwoekerde gebieden kan het hele jaar door worden gedaan.

In het voorjaar

Het is aan te raden om in april of begin mei te beginnen met de werkzaamheden, voordat de sapstroom begint. Op dat moment beginnen de knoppen al te verschijnen, maar ze zijn nog niet in bloei. Takken die in de wintermaanden bevroren en uitgedroogd zijn, zijn gemakkelijk te herkennen:

• De omhoog groeiende scheuten worden geheel afgesneden.
• Dun dichte gebieden uit.
• De naar beneden groeiende scheuten blijven staan ​​en produceren een grote hoeveelheid fruit.
• De middelste scheut wordt afgesneden. Deze mag niet te hoog boven de andere takken uitsteken.

Door in het voorjaar te snoeien, kan de boom sneller ontwaken na de winterrust.

In de zomer na de vruchtzetting

In juli is snoeien alleen toegestaan ​​bij volwassen bomen. Jonge bomen jonger dan drie jaar mogen niet worden aangeraakt. Zomersnoei belemmert de groei van de plant en vertraagt ​​de vruchtzetting.

Tegen het einde van de zomer, na de oogst, begint de boom zich voor te bereiden op de winter. De plant stopt met actief groeien en de sapstroom neemt af. Snoeien kan het beste gebeuren van eind augustus tot begin november.

Verwijder na de oogst van de bessen de uitgedroogde en naar binnen groeiende scheuten, dun dichte gedeelten uit en kort éénjarige scheuten met een derde in.

In de herfst

Door de boom in de herfst te snoeien, kan hij zich sneller en beter voorbereiden op de winter. Het werk moet afgerond zijn voordat de vorst intreedt. Het herfstsnoeischema omvat de volgende stappen:

• het uitdunnen van dichte gebieden;
• het onderste deel van de stam vrijmaken van scheuten tot een hoogte van 85 cm vanaf de grond;
• verwijderen van naar beneden groeiende scheuten;
• dunne, korte scheuten worden tot het voorjaar gelaten.

Benodigde gereedschappen en materialen

Om alle werkzaamheden uit te voeren, heeft u speciaal tuingereedschap nodig:

• snoeischaar, voor het verwijderen van dunne scheuten tot 24 mm dik;
• een mes is handig om de snijwonden schoon te maken;
• De snoeischaar is ontworpen om scheuten tot 2,6 cm dik te verwijderen;
• metaalzaag.

Gereedschap moet schoon en scherp zijn. Voor en na gebruik moeten ze worden gedesinfecteerd met een alcoholoplossing of kopersulfaat.

Naast het gereedschap heb je ook andere materialen nodig: een trap, handschoenen, touw en afstandhouders.

Patronen voor het snoeien van kersenbomen

De leeftijd van een kersenboom bepaalt grotendeels de manier van snoeien. Vormsnoei is geschikt voor jonge bomen. Volwassen bomen worden gesnoeid om te verjongen, de opbrengst te verhogen en ziekten te voorkomen.

Jonge boom

Het is het beste om een ​​schaarse, gelaagde kroon te creëren. Het snoeiplan omvat de volgende stappen:

• Snoei na het planten de bovenkant van de zaailing af om een ​​stam te vormen. De centrale scheut moet vrij zijn van zijtakken en 42 cm hoog zijn.
• In het voorjaar moeten alle zijscheuten worden gesnoeid, zodat er vijf sterke takken uit de hoofdstam blijven groeien. Als de skeletscheuten in het eerste seizoen niet kunnen worden verwijderd, wordt de procedure uitgesteld tot een jaar later.
• Op de drie onderste takken zijn twee tweede-orde scheuten op een afstand van 38 cm achtergebleven. Deze takken worden halfskeletachtig genoemd.
• De centrale stam wordt dan beperkt tot een hoogte van 3,4 meter. Dit resulteert in een volwassen boom met 12 skeletachtige scheuten.

Methoden voor het snoeien van een volwassen boom

Om ziekten te voorkomen en de opbrengst te verhogen, moeten volwassen bomen gesnoeid worden. De volgende stappen worden aanbevolen:

• Zorg ervoor dat u gedroogde, zieke en gebroken takken verwijdert.
• Indien er sprake is van zeer dichte begroeiing, wordt er uitgedund.
• Om te verjongen, moet je de skeletscheuten afknippen tot aan de eerste vertakking van de stam.
• Jonge scheuten die in het nieuwe seizoen verschijnen, zijn 6 cm korter.

Hoe je een oude boom kunt verjongen voor een goede oogst

Om de vruchtproductie van een volwassen kersenboom te garanderen, zijn verjongingsmaatregelen nodig. Verwijder eerst droge, beschadigde scheuten. Snoei vervolgens takken die dichte plekken vormen:

• Takken van struikkersensoorten moeten voor de helft of een derde worden teruggesnoeid.
• Bij boomachtige variëteiten van het gewas worden de eenjarige scheuten met 12 cm ingekort en beschadigde uitgroei wordt verwijderd.

Je kunt een kersenboom verjongen door de top eraf te snoeien:

• de bovenkant afzagen op een hoogte van 2,6 m;
• wanneer er nieuwe takken verschijnen, worden ze uitgedund, waarbij de sterkste en best geplaatste takken blijven staan;
• Elk voorjaar wordt er een oude tak weggehaald.

Hoe verschillende soorten kersen correct te snoeien

Elke kersenboom heeft verjongings-, vorm- en hygiënische snoei nodig. Er zijn echter enkele specifieke kenmerken aan de procedure.

Voor struiksoorten

Struikkersen produceren elk jaar lange scheuten die naar beneden gaan hangen, waardoor de kroon dikker wordt. Hier zijn enkele regels om fouten te voorkomen:

• Na het planten wordt de struik gesnoeid, waarbij 11 sterke scheuten overblijven. De centrale scheut wordt gestopt op een hoogte van 2,6 meter.
• Vervolgens wordt de struik in vorm gebracht. Takken met meerdere uitlopers worden verwijderd.
• Om een ​​struikkers te verjongen, is het voldoende om de sterke zijtakken tot aan de eerste stamtak af te snoeien.
• Indien het niet mogelijk is om de tak tot een tak in te korten, verwijder dan alle uitgroeisels die 3 tot 4 jaar oud zijn.

Voor viltgewassen

Kersensoorten uit deze groep onderscheiden zich door hun zoete vruchten en kleine, sierlijke struiken of bomen.

De snoeimogelijkheden zijn afhankelijk van of de kersenboom als boom of als struik is gevormd:

• Om de kroon van een boomkers te vormen, wordt de jonge boom in het eerste jaar gesnoeid tot een hoogte van 42 cm. Het jaar daarop blijven er vier zijscheuten staan ​​en worden de overige scheuten verwijderd. De onderste takken worden met een derde verwijderd.
• Een kersenstruik ontstaat uit acht hoofdscheuten. Elke tak is 28 mm ingekort om de groei van zijtakken te bevorderen.
• Beschadigde scheuten van een struik of boom moeten regelmatig gesnoeid worden.

Voor boomsoorten

Boomachtige kersenrassen moeten geleidelijk worden geleid. Je kunt niet alle takken in één keer snoeien. De kroon wordt geleidelijk gesnoeid tot de boom 2,8 meter hoog is:

• Het onderste deel van de stam tot een hoogte van 70 cm wordt geheel ontdaan van takken.
• De scheuten die drie jaar geleden verschenen, worden afgesneden.
• Als de scheuten uitdrogen, is het noodzakelijk om de zijgroei op takken die ouder zijn dan 4 jaar, te snoeien.
• De groei van hoge kersenbomen wordt beperkt door de skeletachtige takken op een hoogte van 2,8 meter te snoeien.

Voor dwergvariëteiten

Dwergkersen zijn grote struiken, niet hoger dan 2,4 m. De vruchtzetting begint eerder dan bij andere soorten.

Regels voor het snoeien van laaggroeiende kersenbomen:

• De eerste snoei vindt plaats tijdens het plantseizoen. De centrale stam wordt geselecteerd en alle andere takken die lager zijn dan 38 cm boven de grond, worden weggesnoeid.
• Bij boomachtige dwergvariëteiten is het voldoende om zes sterke takken te laten staan. Struikvariëteiten hebben maximaal elf takken nodig. De overige takken moeten zich aan verschillende zijden van de stam bevinden. Overtollige, zwakke scheuten worden verwijderd.
• Vorm de kroon verder en laat 15 hoofdtakken staan. Naar binnen groeiende scheuten worden verwijderd.

Hoe verzorg je een boom na het snoeien?

Zorg na het snoeien goed voor uw fruitboom. Dit zorgt ervoor dat hij sneller herstelt en het risico op infectieziekten afneemt.

Hoe de snede verwerkt wordt

De snijplek moet behandeld worden met tuinpek, een speciale pasta genaamd "Rannet" of olieverf op basis van drogende olie.

Het gewas bemesten

Om het genezingsproces te versnellen en uw kracht te herstellen, heeft u aanvullende voedingsstoffen nodig:

• Na het snoeien van de kroon in de herfst is het nuttig om organisch materiaal toe te voegen: verteerde mest, compost of een vloeibare oplossing van vogelpoep. Complexe minerale meststoffen zijn ook geschikt.
• In het voorjaar kunt u het beste stikstofmeststoffen (ureum of ammoniumnitraat) samen met houtas strooien.

Welke fouten kunnen er gemaakt worden?

Tuinders maken vaak de volgende fouten:

• de procedure begint zodra het sap begint te stromen;
• snoei niet, omdat u dit als een nutteloze procedure beschouwt;
• zwakke, beschadigde takken worden niet verwijderd;
• De handelingen worden uitgevoerd op een boom met beschadigde schors en centrale stam.

Tips en trucs voor beginners

Handige tips:

• Om er zeker van te zijn dat het snoeien nuttig is, moet het boven een zijtak gebeuren.
• De snede is gelijkmatig en er blijven geen stronken over.
• Als de boom oud is, heeft het geen zin om hem te verjongen. In plaats daarvan kun je een nieuwe boom laten groeien uit worteluitlopers.
• Alle handelingen moeten worden uitgevoerd bij droog en helder weer.
• Na de behandeling moeten de aangetaste weefsels met tuinpek behandeld worden.
• Het is beter om afgesneden takken en schors te verbranden om de verspreiding van infecties te voorkomen.

De boom moet jaarlijks gesnoeid worden. Zonder snoei wordt de kroon te dicht, worden de vruchten klein en neemt de opbrengst af.