Waarmee kun je bieten bemesten? De beste meststoffen voor vollegrond.

Bieten zijn een knolgewas dat populair is bij zowel beginnende als ervaren tuinders. Bieten kweken Bieten hebben een aantal unieke eigenschappen. Verzorgingsinstructies zijn gebaseerd op de specifieke kenmerken van het gewas. Voordat u de wortelgroente plant, moet u uitzoeken welke grond er voor de bieten wordt voorbereid, welke voedingsstoffen er tijdens de groeifase worden gebruikt en wat er tijdens de rijping wordt toegevoegd.

Wat hebben bieten nodig en hoe herken je uithongering?

Gewassen met een ontwikkeld ondergronds deel hebben regelmatige bemesting nodig. Dit komt door de specifieke ontwikkelingskenmerken van de plant. Tijdens zijn leven gaat de plant over van de fase van actieve bovengrondse groei naar de ontwikkeling en groei van zijn ondergrondse deel.

Bieten waarderen een verscheidenheid aan voedingsstoffen. Ze hebben in elke ontwikkelingsfase een andere combinatie nodig. Bemesten is vooral belangrijk nadat de plant zijn volledige toppen heeft gevormd.

Tekenen dat bieten dringend voeding nodig hebben:

• het verschijnen van gele vlekken op delen van de plant;
• bladeren ontwikkelen zich slecht;
• de kern begint te rotten.

Of er belangrijke elementen moeten worden toegevoegd, kan worden vastgesteld door een grondigere analyse van het uiterlijk van de planten.

Teken	Element tekort	Wat te voeren
Roodheid van de toppen, verschijning van rode nerven op de bladschijven	Natrium	Zoutoplossingen volgens het schema
Vorming van gele vlekken op bladeren, vergeling van het midden van de stengels	Potassium	Kalkoplossingen, minerale complexen
Langzame groei, trage ontwikkeling van het bovengrondse deel	Stikstof	Ureum, ammoniumnitraat, houtas
Vergeling en afvallen van de bladeren, rotting aan de basis	Bor	Boorzuur, zwavel, aluminiumsulfaat
Bleke bladeren, krullend aan de randen, roodheid van de centrale nerven	Molybdeen	Bladbemesting met minerale complexen
Beperkte groei, kleine wortelgewassen, paarse tint op de bladeren	Fosfor	Bemesten met superfosfaten

Methoden voor het aanbrengen van meststoffen

Bieten worden in verschillende ontwikkelingsstadia op verschillende manieren bemest. Bladbemesting wordt gebruikt om de bovengrondse delen van de plant te behandelen, terwijl wortelbemesting wordt gebruikt om de belangrijkste voedingsstoffen toe te dienen.

Waarschuwing! Overbemesting kan leiden tot plantensterfte. Mestoplossingen kunnen het wortelstelsel beschadigen of de bladeren verbranden.

Blad

Deze techniek wordt gebruikt om de groei van het bovengrondse deel van de plant te stimuleren en de wortelvorming te normaliseren. Bladbemesting heeft verschillende voordelen:

• de bladeren nemen elementen sneller op dan de wortels;
• de verliezen van de ingebrachte stof zijn lager;
• het risico op overdosering wordt verminderd.

Bladbemesting gebeurt vroeg in de ochtend of laat in de avond. Dit voorkomt het risico op verbranding door verdamping van vocht van het bladoppervlak.

Waarschuwing! Bladbemesting dient afgewisseld te worden met wortelbewatering, aangezien bespuiting de toediening van voedingsstoffen niet volledig kan vervangen.

Wortel

Deze techniek wordt gebruikt om de wortelontwikkeling te versnellen. Bij voedingstekorten onttrekken bieten voedingsstoffen aan de bodem. Dit put de bodem uit en leidt tot lagere opbrengsten. Wortelbemesting is een basisvorm van meststof. De volledige ontwikkeling van het gewas hangt af van de regelmaat van de toediening. Wortelbemesting heeft verschillende voor- en nadelen.

De positieve eigenschappen zijn onder andere de actieve en snelle opname van toegediende voedingsstoffen, terwijl de nadelen de noodzaak van een betere controle over de concentratie zijn. Het aanbrengen van te veel werkzame stof op de wortels kan delen van het wortelstelsel verbranden. Wortelbewatering wordt meestal 's avonds of op een bewolkte, droge dag gedaan. Sommige oplossingen worden na het bewateren aangebracht. Formuleringen met een minimale concentratie van de werkzame stof kunnen de volgende bewatering vervangen.

Sterke planten worden uitsluitend bij de wortel bewaterd, terwijl zwakke en korte planten via een ondiepe groef rondom de struik worden bewaterd.

Volksremedies

Ervaren tuinders raden af ​​om een ​​heel arsenaal aan chemicaliën en kant-en-klare mengsels te gebruiken om bieten te bemesten. Traditionele methoden zorgen voor een goede oogst als ze tijdig worden toegepast.

Boorzuur

De basis van deze meststof is borium. Het is verantwoordelijk voor de kwaliteit van de bietenbewaring, het suikergehalte van de vrucht en de algehele immuniteit van het gewas. Het gebruik van boorzuur is gerechtvaardigd in alle stadia van de bietenontwikkeling.

1. Om de zaden te weken, bereidt u een oplossing van 0,1 procent boorzuur. Laat de zaailingen 12 uur in de oplossing staan ​​voordat u ze plant.
2. Wanneer er 4-5 blaadjes verschijnen, wordt 4 gram boorzuur opgelost in 10 liter water en wordt het bovengrondse deel rijkelijk besproeid.
3. Wanneer de toppen groeien, wordt 200 milligram verdund in 1 liter water. Vervolgens wordt de meststof bij de wortel toegediend, na regelmatig water geven met schoon water.

Indien nodig kan boorzuurbemesting vervangen worden door complexe meststoffen (Sotka, Fertika Plus).

Mest en kippenmest

Organische meststoffen worden toegediend zodra de bieten 3-4 blaadjes hebben. Twee delen toorts worden verdund met acht delen water en direct bij de wortels bewaterd.

Daarnaast wordt het bovengrondse deel besproeid met een toortsoplossing wanneer de bladeren geel of bruin worden.

De grond wordt in de herfst bemest met kippenmest. Dit gebeurt vóór het spitten of ploegen van het perceel. In het voorjaar, tijdens de voorbereiding van het perceel, wordt ook kippenmest toegevoegd.

Houtas

As is geschikt om toe te voegen aan de grond waarin bieten groeien, in alle groeistadia:

• toegevoegd tijdens het planten indien de grond niet los genoeg is en een hoge zuurgraad heeft;
• Rode bieten worden tijdens de wortelvorming met as bemest. Na de volgende wiedbeurt wordt het as in een dunne laag tussen de rijen gestrooid.

As is een bron van kalium, wat vooral belangrijk is voor groentegewassen tijdens de vruchtgroeifase.

Zoutoplossing

Bieten zijn het enige gewas dat natrium als aanvullende meststof nodig heeft. Dit wordt gedaan wanneer de toppen rood kleuren, de bladeren geel worden en de hoofddelen beginnen te verwelken en hun stevigheid verliezen.

Natrium wordt via een zoutoplossing aan het wortelstelsel toegevoegd. Een eetlepel wordt verdund in 10 liter water; deze vloeistof is voldoende om een ​​vierkante meter aan beplanting te bewateren.

Belangrijk! Zorg ervoor dat de zoutkristallen niet in contact komen met wortelgroenten of bladeren. Geef daarom pas water als het zout volledig is opgelost.

Kruidenthee

Om de infusie te bereiden, gebruik je onkruid zonder kleine bloemen. Deze worden in een speciaal daarvoor geprepareerd vat gedaan, aangestampt en met water gevuld. De infusie wordt zeven dagen getrokken, vervolgens gefilterd en gebruikt als bodembemesting. Dit voedingsmengsel kan tot twee keer per maand worden toegediend.

Gist

Gistvoeding is essentieel voor een goede oogst: het verbetert de wortelvorming, stimuleert de bodembacteriën om stikstof en kalium te produceren en verhoogt de algehele weerstand van de plant. Gist wordt alleen bij de wortels toegediend. Voeg per 10 liter water 10 gram droge gist en 2 eetlepels suiker toe. Laat het mengsel staan ​​tot de ingrediënten volledig zijn opgelost. Geef de planten 's avonds water met deze oplossing.

Brandnetelthee

Door de grond met brandnetels te behandelen, krijgt u tegelijkertijd kalium, fosfor, calcium en magnesium. Jonge brandnetels worden 7 dagen geweekt en vervolgens bewaterd. Na het behandelen van de grond met brandnetels, royaal water geven met schoon water.

Ammonia

Ammoniak wordt gebruikt om de grond met stikstof te bemesten. De toedieningsmethode hangt af van welk deel van de plant stikstof nodig heeft. Als de toppen van de planten geel beginnen te kleuren, wordt ammoniak als bladmeststof toegediend. Als de plant verwelkt en de grond aan de basis te hard wordt, wordt ammoniak aan de wortels toegevoegd. Voor het bewateren maakt u een oplossing aan met de formule: 1 deel ammoniak op 50 delen water.

Minerale complexen en meststoffen

Om een ​​rijke bietenoogst te garanderen en de smaak aan de hoogste eisen te laten voldoen, heeft het gewas mineralen nodig.

1. Al in een vroeg stadium, na het planten, wordt de grond bemest met superfosfaat en kaliumsulfaat.
2. Voor de midzomer zijn oplossingen van kaliumsulfide en ammoniumnitraat geschikt.
3. Na de oogst wordt fosfor aan de bodem toegevoegd in de vorm van complexe meststoffen.

Hoe meststoffen correct en in welke hoeveelheden toe te passen

Biet is een knolgewas dat afhankelijk van de periode met verschillende stoffen wordt bemest:

• In juni worden er meststoffen toegevoegd om de groei van het bovengrondse deel te bevorderen;
• in juli – voor de groei van wortelgewassen;
• in augustus – om de smaak van de groente te verbeteren.

Bij het voorbereiden van de grond voor het planten

De grond onder bietenplantages wordt bemest na analyse van de toestand. Verarmde grond moet worden aangevuld met organisch materiaal. Hiervoor wordt in de herfst en het voorjaar compost toegevoegd.

Het bemesten van bieten in de volle grond gebeurt op basis van de behoefte aan een specifiek element:

• magnesium en ijzer zijn nodig voor bladverdichting en verzadiging met suikers;
• De plant heeft boor nodig om de vorming van holtes en rotting te voorkomen;
• Zink en koper zijn elementen die de ontwikkeling van ziekten voorkomen.

Als de grond waarin geplant wordt te arm is, wordt deze vóór het zaaien bedekt met minerale meststofkorrels. Nadat de bietenzaailingen zijn opgekomen, worden ze bemest met houtas. Vóór het planten wordt de grond ook bewaterd met een warme oplossing van kaliumpermanganaat, wat helpt bij het ontsmetten van de grond.

Tijdens het zaaien

Na het planten van de zaden wordt de grond bewaterd met dubbel superfosfaat. In dit stadium hebben bieten minerale complexen nodig. De voren waar de zaden zijn gezaaid, worden niet bewaterd. Er wordt bewaterd langs de zaailijn, wat een "topdressing" wordt genoemd. Veel tuinders geven er de voorkeur aan om de zaailijn te besproeien met kant-en-klare oplossingen uit een plantenspuit.

In het proces van groeien

In dit stadium wordt de bemesting regelmatiger en kan ook afhangen van het uiterlijk van de aanplant en het ontdekken van problemen die verband houden met de groeiperiode.

1. Wanneer er 2-3 blaadjes verschijnen, wordt de grond bemest met kippenmest of toorts.
2. Na 20 dagen groei wordt een natriumoplossing toegevoegd.
3. Nadat er 3-4 bladeren zijn verschenen, wordt verdunde kalk toegevoegd. Deze meststof wordt één keer per seizoen gebruikt.
4. Ureuminfusie wordt op de bladeren gespoten wanneer er actieve groei van de toppen plaatsvindt.
5. Bewateren en bespuiten met mangaan gebeurt wanneer er gele vlekken op de bladeren verschijnen of wanneer er insectenplagen aanwezig zijn.

Let op! Stop met bemesten 3 weken voor de hoofdoogst.

Na de transplantatie

Bietenspruiten kunnen te dicht op elkaar groeien, dus moeten ze worden verspeend. Zwakke en dunne spruiten blijven op hun oorspronkelijke plek staan, terwijl grote en dichte spruiten worden verplant. Dit komt doordat bieten niet van verplanten houden en daarop reageren door te verwelken en hun groei te belemmeren. Grote spruiten hebben een betere kans om zich aan te passen.

Om de stekken te helpen zich in de tuin te vestigen, worden er minerale mengsels aan de grond toegevoegd. De groeven rond de verplante stekken worden bewaterd met een oplossing van superfosfaat, kaliumsulfaat of ammoniumnitraat.