De Director-komkommer is veredeld door Nederlandse agrobiologen. Deze hybride is resistent tegen belangrijke ziekten, heeft een hoge opbrengst en een lange vruchtperiode.
Voordelen van een hybride
De Director f1 komkommer staat vermeld in het Rijksregister van Veredelingsprestaties en draagt terecht de titel "Plantagemanager". Deze parthenocarpe hybride is ontwikkeld voor de buitenteelt.

Ervaren tuinders kweken de plant in geïsoleerde kassen, onder hermetisch afgesloten vliesdoek, onder omstandigheden die bestuiving onmogelijk maken. Komkommers van deze variëteit groeien open en vereisen daarom een stengelvorm.
De Director-komkommer kan in de zomer en herfst in kassen en in de volle grond worden geteeld. Volgens tuinders hebben de komkommers een aantrekkelijk uiterlijk.

De vruchten rijpen 40-45 dagen na de kieming. De wijnstok produceert talrijke zijscheuten met geclusterde vruchtbeginsels. In één oksel vormen zich maximaal drie vrouwelijke bloemen.
De beschrijving van de uiterlijke kenmerken duidt op een cilindrische vorm met een gladde schil. De komkommers zijn 9,8-12,8 cm lang en hebben een doorsnede van 2,8-3,8 cm. Het vruchtgewicht bedraagt 66-98 g. In de vollegrond variëren de opbrengsten van 300-390 kubieke voet per hectare.
Deze komkommers hebben een uitstekende smaak, stevig en matig knapperig vruchtvlees. De vruchten zijn gelijkmatig van grootte, intens groen en vrij van witte strepen.
Met de juiste teeltmethoden en de juiste bemesting zijn komkommers vrij van bitterheid. Komkommers worden gebruikt in salades, koude soepen, limonade en inmaak. De Director-variëteit geeft komkommergerechten een verfijnde smaak.
De beschrijving van het ras benadrukt de hoge ziekteresistentie en de lange vruchtperiode. De plant herstelt goed van mechanische schade en gedijt goed in gebieden met weinig zonlicht.

Tijdens het groeiseizoen ontwikkelt zich een krachtige plant die weinig verzorging nodig heeft. Door zijn aanpassingsvermogen aan temperatuurschommelingen kan deze komkommersoort eerder dan verwacht worden gezaaid. Er kunnen twee oogsten per seizoen worden geoogst.
Uit feedback van tuinders blijkt dat het belangrijk is om de belasting van het wortelstelsel te reguleren door zijscheuten snel te verwijderen.
Teelttechnieken
Een veelgebruikte kweekmethode is het zaaien van zaden. Om de opkomst van de eerste scheuten te versnellen, kunt u de zaden weken in water of een groeistimulator. De zaaidiepte mag niet groter zijn dan 4 cm. Houd een afstand van 50 cm aan tussen de zaden.

Ervaren groentetelers raden aan om niet meer dan twee zaden per gat te planten, zodat de zaailingen kunnen worden uitgesorteerd nadat de echte bladeren zijn verschenen. Uit beoordelingen van tuinders blijkt dat de optimale zaaitijd voor de Director-hybride begin mei is.
Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat de luchttemperatuur tussen de 22 en 24 °C ligt en de grond verwarmd is tot 14 en 16 °C. Om de zaden te beschermen, wordt het voorbereide bed vóór het zaaien behandeld met een waterige oplossing van kaliumpermanganaat.
Bij de teelt van komkommers is het belangrijk om rekening te houden met vruchtwisseling. Aardappelen en kool zijn de beste voorlopers van de Director-hybride. Omdat de plant weinig licht nodig heeft, kan een schaduwrijke plek worden gekozen voor de aanplant.

Om een vroege komkommeroogst te kweken, gebruikt u de zaailingmethode. Plaats de zaden hiervoor in individuele bakjes gevuld met substraat of een voorbereide potgrond voor groenten. Om te voorkomen dat het wortelstelsel beschadigd raakt bij het verplanten naar een vaste locatie, kunt u turfpotten gebruiken.
Geef de zaden vóór het planten water met een microbiologische meststof volgens de instructies van de fabrikant. Plaats de zaden 2 cm diep in de pot. Geef ze complexe meststof zodra de eerste echte bladeren verschijnen.
In het hoofdbed kunnen Director-hybridezaailingen trapsgewijs worden geplant, met een onderlinge afstand van 50-60 cm. De rijafstand moet 80-100 cm zijn. Per vierkante meter kunnen drie tot vier planten worden geplant.

De verzorging van het gewas vereist het volgen van landbouwkundige methoden. Als de hybride binnenshuis wordt gekweekt, moet er water worden gegeven zodra de oppervlaktegrond voor het eerst is uitgedroogd.
Op warme dagen kan het bed dagelijks met warm water worden bewaterd. Het wortelstelsel moet 3-4 keer per seizoen worden bemest met organische mest. Gebruik hiervoor een speciaal bereide waterige oplossing van vogelpoep of dierlijke mest.
Bladbemesting met minerale meststoffen wordt uitgevoerd met tussenpozen van 10-14 dagen. Als komkommers buiten worden geteeld, is het raadzaam om de stengels te buigen. Mulchen wordt aanbevolen om de luchtvochtigheid te reguleren, druppelirrigatie te garanderen en onkruidgroei te voorkomen.









